
Zo blijf je samen ouder na de scheiding
Leestijd: 5 minutenAls je kinderen hebt, ben je na een scheiding niet van elkaar af. Al spelen de emoties hoog op, jij en je ex staan voor een aantal beslissingen die belangrijk zijn voor hun wel en wee. Het tijdschrift EX geeft vijf adviezen over hoe je als ouder alles goed kunt regelen voor de kinderen.
Voor kinderen staat alles op z’n kop door de scheiding van hun ouders. Hun leven zal daarna niet meer zo zijn als het was. Daarom is het belangrijk veel aandacht te besteden aan het zoeken naar de best mogelijke oplossingen voor de nieuwe situatie. Bedenk daarbij dat er niet één beste oplossing is. Want in elk gezin zijn de omstandigheden weer anders. Hier volgen vijf onderwerpen om over na te denken, samen te bespreken en goede afspraken over te maken.
1. Stel een ouderschapsplan op
Een aantal belangrijke afspraken over de kinderen moet je opnemen in het wettelijk verplichte ouderschapsplan. Denk daarbij aan afspraken over de verdeling van zorg en opvoeding, de manier waarop je informatie uitwisselt en beslissingen neemt en wie wat betaalt voor de kinderen. De kerngedachte achter het ouderschapsplan is dat ouders erkennen – en schriftelijk vastleggen – dat een kind beide ouders nodig heeft, en dat ze elkaar die rol als ouder gunnen. Zorg ervoor dat de door jullie in het ouderschapsplan vastgestelde aanpak past bij de kinderen en hun ontwikkelingsfase, en uiteraard ook bij jullie leef- en woonsituatie. Dan kom je al snel uit bij de voor jullie situatie best passende regeling.
2. Maak een keuze voor een thuis
Meestal gaan kinderen na de scheiding bij een van de ouders wonen. Uiteraard mogen ze vertellen hoe ze over de situatie na de scheiding denken en hoe ze zich erbij voelen, maar het is niet de bedoeling dat ze zeggen bij welke ouder ze willen wonen. Die verantwoordelijkheid ligt bij de ouders. Het is het ook niet zo dat de rechter kinderen vanaf hun twaalfde zelf laat kiezen bij wie ze gaan wonen. Deze beslissing is te zwaar om bij kinderen te leggen. In de meeste gevallen gaan de kinderen bij hun moeder wonen en wordt in een omgangsregeling het contact met de vader vastgelegd.
3. Geef de ‘uitwonende’ ouder nadrukkelijk een rol
In een ideale situatie is de ‘uitwonende ouder’ ook betrokken bij een deel van het dagelijkse leven van de kinderen. Ze gaan dan niet alleen om het weekend maar ook op een doordeweekse dag en nacht naar hun vader, zodat ook die wekelijks op school komt en de juf en de vriendjes ontmoet. Die vaste ‘contactmomenten’ zijn enorm belangrijk voor kinderen. Bovendien is het voor jonge kinderen belangrijk dat er niet te veel tijd zit tussen de ontmoetingen. Hoe ‘gewoner’ het met en bij de andere ouder is, hoe beter dat is voor de band tussen beiden.
4. Denk goed na over co-ouderschap
Naar schatting 15 procent van de gescheiden ouders kiest voor co-ouderschap. Bij co-ouderschap wonen de kinderen afwisselend bij hun vader en moeder, zodat ze beiden evenveel zien. Co-ouderschap vraagt veel van de ouders. Je moet goed met elkaar overweg kunnen, want je hebt bijna dagelijks overleg over kleine en grote zaken. Ook moet je dicht bij elkaar in de buurt wonen. Overigens is co-ouderschap niet voor elk kind geschikt. Voor sommige kinderen is het te onrustig om steeds te moeten verkassen.
5. Zorg bij co-ouderschap voor twee ‘thuizen’
Zorg dat een kind in beide ouderlijke huizen een eigen plek en spullen heeft. Dit hoeft niet per se een eigen kamer te zijn, een eigen hoekje met speelgoed en een kast waarin het iets kan opbergen kan ook. Probeer zo veel mogelijk spullen dubbel aan te schaffen. Het maakt het leven eenvoudiger als je niet elke keer heen en weer hoeft te bellen over het meenemen van regenjas, zwemkleding of fiets.
Bron: EX magazine