Belastingaftrek en belasting betalen over partneralimentatie
Leestijd: 10 minutenDe belastingdienst heeft een eigen visie op de vraag wanneer sprake is van partneralimentatie. Het kernbegrip in deze visie is ‘fiscaal partner’. Gehuwde mensen die duurzaam samenwonen, zijn voor de Inkomstenbelasting fiscaal partner. Voor fiscale partners gelden tal van bijzondere bepalingen: zo kunnen bepaalde inkomsten en aftrekposten (als de hypotheekrenteaftrek) vrij worden verdeeld over de beide aangiften. Vanaf het moment dat gehuwden niet langer duurzaam samenwonen zijn zij fiscaal niet langer partner en worden zij feitelijk voor verreweg de meeste bepalingen in de Wet Inkomstenbelasting behandeld als ongehuwden. Hierdoor zijn mensen in fiscale zin vaak veel eerder gescheiden dan het moment waarop het huwelijk formeel is ontbonden.
Aftrekbaarheid van betaalde alimentatie
De aan een ex-partner betaalde alimentatietermijnen kunnen door de betaler worden afgetrokken voor de Inkomstenbelasting in box 1 als persoonsgebonden aftrek. Voor de ontvanger van de alimentatie zijn de ontvangen betalingen progressief belast als periodieke uitkeringen in box 1.
Einde fiscaal partnerschap
Van duurzaam gescheiden leven in fiscale zin (en daarmee dus het einde van het fiscale partnerschap) is sprake als aan twee voorwaarden wordt voldaan. Allereerst dient sprake te zijn van een feitelijk gescheiden wonen. De inschrijving bij de gemeente is voor de fiscus een belangrijk aanknopingspunt om vast te stellen waar iemand woont, maar uiteindelijk zijn de feitelijke omstandigheden bepalend.
Het tweede, afzonderlijk vereiste is, dat de verbreking van de samenwoning door tenminste één van beiden als duurzaam wordt ervaren. Dit is veel moeilijker vast te stellen dan de eerste voorwaarde en biedt in de praktijk dan ook vaak ruimte voor discussie. Dit subjectieve tweede vereiste biedt echter ook de mogelijkheid om ‘binnen de grenzen van het verdedigbare’ achteraf gezamenlijk te komen tot een fiscaal optimaal standpunt. Per 1 januari 2011 is het tweede vereiste echter komen te vervallen, zodat het vanaf 2011 moeilijker is om achteraf het moment van verbreking van het fiscaal partnerschap te bepalen.
Fiscale gevolgen van duurzaam gescheiden leven
Het is van belang om je goed te laten voorlichten voordatje definitief een keus maakt, omdat de fiscale gevolgen groot kunnen zijn. Bijvoorbeeld: een ouder met jonge kinderen die vóór 1 juli duurzaam gescheiden gaat leven en de rest van het jaar alleenstaand is, heeft recht op aanvullende heffingskortingen die kunnen oplopen tot 2.900 euro netto aan belastingvoordeel.
Als je in een bepaald jaar duurzaam gescheiden gaat leven, kun je er ook samen voor kiezen om de rest van dat jaar het fiscaal partnerschap toch nog te laten voortduren. Dat kan dan weer voordelen opleveren in verband met de vrije toerekening van de hyptheekrenteaftrek.
Wanneer is een betaling alimentatie en dus aftrekbaar?
Er bestaat– opmerkelijk genoeg – in fiscaal opzicht geen direct verband tussen de ingangsdatum van de alimentatie en de beëindiging van het fiscaal partnerschap. Hierdoor kan er sprake zijn van fiscaal belaste en aftrekbare onderhoudsbijdragen, terwijl het fiscaal partnerschap nog niet is geëindigd. Voor de fiscus is het verder niet relevant of een alimentatie is gebaseerd op een onderlinge afspraak, een uitspraak van een rechter of gewoon feitelijk wordt voldaan: de fiscus heeft zijn eigen toets voor de vraag of er sprake is van alimentatiebetalingen.
Partneralimentatie wordt fiscaal gezien als al hetgeen de een doet om in het levensonderhoud van de ander te voorzien. Het is verstandig om in ieder geval vanaf het moment dat het fiscaal partnerschap eindigt bij te houden hoeveel geld er wordt bij- en afgeschreven via de diverse rekeningen. Deze bedragen kunnen (of moeten) namelijk later, bij het invullen van de aangifte, wellicht worden opgevoerd als ontvangen of betaalde partneralimentatie.
Niet alleen de contante bedragen die worden overgemaakt, maar ook andere betalingen kunnen kwalificeren als partneralimentatie. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan de betaling van rente op een (hypothecaire) geldlening, telefoonrekeningen, ziektekostenpremies en andere verzekeringspremies die eigenlijk door de ene ex-partner zouden moeten worden betaald, maar die nu door de andere ex-partner worden voldaan.
Alimentatie in de vorm van gebruik van de woning
Voor het gebruik van een woning door de alimentatiegerechtigde bestaat een aparte ‘waarderingsregel’: het voordeel van het gebruik van een woning wordt als alimentatie in natura beschouwd en wordt gewaardeerd volgens de regels van het eigenwoningforfait. Dit betekent dat tot 0,55% van de zogenaamde WOZ-waarde bij het inkomen van de alimentatiegerechtigde wordt opgeteld. Over dat bedrag is de alimentatiegerechtigde dus belasting verschuldigd. Daar staat tegenover dat de alimentatiebetaler een aftrekpost heeft voor hetzelfde bedrag.
Fiscale aftrek van hypotheekrente na het verlaten van de echtelijke woning
Volgens de belastingwet is hypotheekrente alleen aftrekbaar als die betrekking heeft op je eigen woning, dus die wordt betaald voor de woning waar je zelf woont en verblijft. Als een partner de echtelijke woning heeft verlaten en toch de hypotheekrente blijft betalen, bijvoorbeeld omdat de hypotheek nu eenmaal op zijn naam staat, zou daardoor de betaalde rente opeens niet meer aftrekbaar zijn! Gelukkig is er een uitzondering. In geval van scheiding kan de (ex-)partner die niet meer in de woning woont maar wel de hypotheekrente betaalt de betaalde rente toch nog 2 jaar lang aftrekken. Daarna houdt voor hem de aftrekbaarheid definitief op.
Er moet wel worden voldaan aan bepaalde voorwaarden om voor de uitzondering in aanmerking te komen.
Belastingvoordeel van het betalen van partneralimentatie
Het opvoeren van partneralimentatie leidt vaak tot een fiscaal voordeel. Dat komt doordat degene die de alimentatie betaalt doorgaans een hoger belastbaar inkomen heeft dan diegene die de alimentatie ontvangt. Wie een hoger belastbaar inkomen heeft, betaalt Inkomstenbelasting volgens een hoger belastingtarief dan diegene die de alimentatie ontvangt, waardoor de alimentatiebetaler meer fiscaal voordeel heeft door de aftrek van de door hem betaalde alimentatie dan het nadeel van de af te dragen Inkomsten belasting voor de ander bedraagt. Bijvoorbeeld: iemand met een inkomen van 70.000 euro bruto per jaar betaalt 12.000 euro bruto per jaar aan partneralimentatie aan zijn ex-partner, die een inkomen van 32.000 euro bruto per jaar heeft. De alimentatiebetaler heeft dan aftrek over de door hem betaalde alimentatie naar een tarief van 52% en zijn partner betaalt belasting over de ontvangen alimentatie naar een tarief van 42%. Per saldo levert dat een voordeel op van 1.200 euro netto per jaar.
De fiscale behandeling van afkoop van alimentatie
Het systeem van belastingheffing bij de een en belastingaftrek bij de ander is niet alleen van toepassing op gewone (periodieke) alimentatiebetalingen, maar ook op afkoopsommen. Fiscaal is sprake van een afkoopsom als de partneralimentatie wordt vervangen door een andere op geld waardeerbare prestatie (bijvoorbeeld de betaling van een bedrag ineens, of toedeling van de overwaarde van de woning). Ook een afkoopsom leidt tot belastingheffing bij degene die de afkoopsom ontvangt en belastingaftrek bij degene die hem betaalt. Op de regel dat afkoopsommen aftrekbaar zijn voor de Inkomstenbelasting is wel een belangrijke uitzondering: afkoopsommen die worden voldaan vóór de inschrijving van de echtscheiding komen niet voor aftrek in aanmerking. Dit komt doordat de wet, die vrijwel steeds aansluit bij het begrip fiscaal partner (zie elders op deze pagina), op dit onderdeel aansluit bij het al dan niet in stand zijn van het huwelijk. Overigens is in die gevallen zeker niet uit te sluiten dat de betaling van een dergelijk bedrag door de fiscus wordt aangemerkt als een schenking en dat daarom de ontvanger alsnog belasting moet betalen, zonder dat de ander een aftrekpost heeft.
Afkoop van partneralimentatie kan fiscaal nadelig zijn, omdat de belastingaftrek over de betaling vaak kleiner is dan de belastingheffing over de ontvangst. In de praktijk worden allerlei middelen ingezet om dit effect te verzachten. Zonder dit hier uitputtend te bespreken kunnen worden genoemd de alimentatielijfrente en een fiscale faciliteit genaamd ‘middeling’ (waarbij de totale betaling over een aantal jaren wordt uitgespreid).